Facturen in vreemde valuta – gelinkt aan jouw boekhouding – moet je voor je balans altijd omrekenen naar de functionele valuta van je onderneming. Naar euro’s dus. Je hanteert hierbij de dagkoers van de valuta op de dag van de factuurdatum. Deze wisselkoersen van valuta verschillen vaak over tijd. Omdat voor de meeste transacties een betalingstermijn geldt, bestaat dus de kans dat de waarde van je factuur in de periode van opstellen tot aan de uiteindelijke betaling verschilt. Dit noem je een –valuta of waardeverschil.
Als je internationaal onderneemt, krijg je op termijn vaak te maken met deze koersverschillen. Ze kunnen zowel positief als negatief uitvallen. Doorheen het jaar verwerk je al deze koersverschillen voor je boekhouding als aparte post in je balans. Op het einde van het jaar sluit je dit resultaat af met een positief of negatief saldo. De koersverschillen komen dus ook terug in je jaarrekening, als verlies of winst. Zo hebben deze koersverschillen echt wel een impact!